De neefjes Rocky, Chayan, Tennessee, Kellen en Dany zijn tussen de drie en veertien jaar oud. Ze zijn geboren in het circus en zijn vooralsnog niet van plan om hun nomadische bestaan op te geven.Het gezelschap reist in de winter langs voorsteden van Parijs en in de zomer richting Zuid-Frankrijk. Grootvader Armand herinnert iedereen er vaak aan dat ze geen Cirque du Soleil zijn. Voor hem draait het circus om “clowns en dieren”. Voor een publiek dat gemiddeld uit een man of dertig bestaat, vertonen de Ritz-kinderen balanceer-acts, paardendressuur en clownshows.
Advertentie
Voordat ze de tent kunnen opzetten, moeten ze eerst op zoek naar een geschikte plek. Maar dat is niet altijd eenvoudig. De familie klaagt dat ze vaak meer tijd kwijt zijn aan een plek zoeken dan daadwerkelijk oefenen en optreden. De reden is dat gemeenten steeds terughoudender worden tegenover dit soort kleine circussen, vooral vanwege de druk die wordt uitgeoefend door dierenrechtenactivisten, die vaak komen protesteren bij hun shows.
De kinderen begrijpen niet waarom mensen tegen hun manier van leven zouden zijn. Ze kennen niets anders dan dit. Toch begint de achtjarige Dany zich te realiseren dat het circusleven niet altijd een groot feest is. Hij denkt na over wat hij in plaats daarvan liever zou gaan doen. Momenteel twijfelt hij tussen stierenvechter en bouwvakker.Als alles volgens plan verloopt, blijven de kinderen bij het circus en erven ze uiteindelijk de geheimen die van generatie op generatie worden doorgegeven. Fotograaf Sophie Rodriguez bracht een dag door met de familie Ritz in het stadje Savigny-sur-Orge, dertig kilometer ten zuiden van Parijs, om deze geheimen beter te leren begrijpen en om erachter te komen wat het betekent om een circuskind te zijn.