FYI.

This story is over 5 years old.

The Fashion Issue 2014

El Jefe's tropenjaren

We gingen als pasgetrouwd stel naar Cuba om uit te vinden wat er waar is van het verhaal dat Fidel Castro de beste minnaar ter wereld is.

Alle illustraties door Jonny Negron

Waar we ook kwamen in Cuba, overal probeerden mannen sigaren aan Wes te slijten. Ze spraken ons aan op straat, in cafés en als we een lift van ze kregen. Ze benaderden ons altijd op dezelfde manier: ze lachten naar ons en zeiden gedag. Wekenlang werden we op die manier in het onvermijdelijke verkooppraatje gelokt. Op een dag liep er een man langs met zijn vrouw en dochter. Hij hoorde onze verbazing over een lange wachtrij bij een restaurant.

Advertentie

“Dat is voor Los Nardos,” zei hij. “Het beste restaurant in Cuba. Voor de locals. Floridita, Hanoi – daar gaan de toeristen heen. Niet kwaad bedoeld.” We zeiden dat het oké was. Hij praatte nog wat verder, en heette ons welkom. De man vroeg waar we vandaan kwamen, en we vertelden hem dat we Amerikanen waren. “Onze overheden kunnen niet met elkaar overweg, maar we zijn allemaal mensen,” antwoordde hij. Hij bleef maar kletsen. Hij vroeg ons naar onze plannen, en hoelang we in Cuba bleven. Hij hield het gesprek gaande en uiteindelijk vroeg hij Wes of hij van sigaren hield.

“Ja,” zei deze. “Wat is je favoriete merk?” “Partagás.” “Partagás!”

Zijn vrouw probeerde hem mee te trekken. “Dat merk is de special van de week. Ik heb ze,” zei hij nog. Wij waren naar Cuba gekomen als verliefd pasgetrouwd stel, en we wilden uitzoeken wat er waar was van het hardnekkige gerucht dat Fidel Castro ’s werelds beste minnaar is. Hoeveel sigaren we hebben gekocht tijdens onze poging om Castro’s geheime liefdesleven te ontrafelen? We waren al snel de tel kwijt. Het ondervragen van de locals leidde een keer tot een lange en verwarrende discussie over de bouw van het Museum van de Revolutie. Een ander gesprek – met een vrouw die we op een etentje en wellicht wat te veel drankjes trakteerden – liep uit op een spontane maar langdradige lezing over de zwart-wit foto’s in de lobby van het hotel, waarna ze ons een tour wilde geven door het Bacardi-gebouw. Maar heel soms sijpelde er wat nuttige informatie uit deze vele gesprekken. Nadat hij ons in de hotellounge had horen discussiëren met een praatzieke oude Australiër, had de portier van het Hotel San Basilio ons gewenkt. Hij vertelde dat een van Fidels belangrijkste minnaressen als tandarts werkte in de beste tandheelkundige kliniek in Santiago de Cuba.

Advertentie

Tijdens een interview voor haar veelgelezen artikel over Castro in Vanity Fair in 1993, had journaliste Ann Louise Bardach aan El Comandante gevraagd hoeveel kinderen hij had verwekt. “Bijna een stam,” had hij geantwoord. We belden Ann Louise om te vragen wat zij ons kon vertellen over Castro’s liefdesleven en over haar boek Without Fidel, waarin een stamboom een klein tipje van de sluier oplicht wat betreft Castro’s nageslacht.

“Zoals de meeste Cubaanse mannen zag Castro seks als iets waar hij recht op had,” vertelde ze. “Seks is tenslotte een soort nationale sport in Cuba. Hij had verhoudingen of alleen seks met allerlei soorten vrouwen. Het schijnt zelfs dat hij een zoon bij de vrouw van een van zijn ministers heeft verwekt. “Sin verguenza,” zoals ze zeggen. Behoorlijk schaamteloos. Sommige vrouwen dachten dat ze zijn enige ware liefde waren. Ik ken wel iemand die zijn veroveringen probeerde bij te houden. Niemand weet met hoeveel vrouwen hij seks heeft gehad, hijzelf waarschijnlijk ook niet.”

“Had hij gewoon een erg groot libido? Is hij onverzadigbaar? Heb jij met hem geslapen?” vroegen we haar.

“God, nee,” zei ze. “Mensen hebben daar wel over gespeculeerd, en de Miami Herald berichtte over geflirt heen en weer. Maar we hebben het heel professioneel gehouden, hoewel het interview pas om middernacht plaatsvond.”

Wes trok een bedenkelijk gezicht. We hadden haar op de luidspreker staan en zochten in de tussentijd op de computer naar een foto van Ann Louise en Castro tijdens het interview. Ze was beeldschoon.

Advertentie

Foto eigendom van Hulton Archive/Getty Images

“Ik begreep al snel dat ik hem niet duidelijk kon maken waarom Monica Lewinsky zo’n schandaal had veroorzaakt in de Verenigde Staten,” ging ze verder. “Hij was echt verbijsterd over het feit dat onze president überhaupt werd aangesproken op het hebben van een minnares. Zijn politieke macht sloot juist aan op het feit dat hij een rokkenjager was. Die politieke macht kwam oorspronkelijk voort uit zijn eerste huwelijk, met Mirta Díaz-Balart, de moeder van zijn oudste zoon. Haar familie had veel inspraak in de Cubaanse politiek, terwijl Fidels vader wel rijk was, maar nul invloed had. Fidel trouwde pas met Dalia (zijn tweede vrouw) nadat ze hem vijf volwassen zoons had geschonken. Dat is overigens dezelfde aanpak als die van zijn vader, die pas met Fidels moeder trouwde toen ze zes kinderen hadden, en nog een zoon die hij had verwekt bij een vrouw die op hun finca (landgoed) werkte.”

“Een kennis van me had een affaire met Fidel toen ze een jaar of vijftien, zestien was. Ze herinnerde zich dat ze eens op het balkon van zijn kamer op de 23e verdieping van het Habana Libre hotel had gestaan en dat Fidel tegen haar zei: ‘Op een dag zal elke Cubaan een eigen auto hebben.’ Best wel grappig als je bedenkt dat de meesten blij mogen zijn als ze een fiets hebben.”

In 2008 schreef de New York Post dat Castro waarschijnlijk met zo’n 35.000 vrouwen had geslapen. Ten onrechte, kwamen we achter tijdens ons onderzoek, maar het gerucht bleef jarenlang overeind. Drie jaar later meldde de Daily Beast “dat hij een vrouw had voor de lunch en een voor het avondeten. En soms bestelde hij er zelfs een voor ontbijt.” Veel Cubanen noemen hem liefkozend El Caballo (de hengst) – een bijnaam die hij in de jaren zestig kreeg dankzij zijn reputatie als actieve en gulle minnaar.

Advertentie

In 2002 waren er ongeveer zes miljoen vrouwen in Cuba. Het leek ons dat Fidel er waarschijnlijk minstens een miljoen wel neukbaar vond. We probeerden het statistisch aannemelijk te maken dat een 87-jarige man de tijd en middelen zou hebben om met 35.000 vrouwen te vrijen, maar we kwamen er niet uit. We besloten dat veldonderzoek de enige manier was om erachter te komen wat er nou waar was van de geruch- ten. Daarom reisden we naar Cuba af waar, zo redeneerden wij, we binnen een maand toch zeker wel een paar honderd vrouwen zouden kunnen vinden die ons over zijn seksuele prestaties konden vertellen.

We hadden allebei nooit eerder een totalitair land bezocht. In ons enthousiasme vergaten we compleet dat het best riskant kan zijn om vragen te stellen over de voormalige heerser van het regime. De dagen van het baardstrelende handgebaar mogen dan voorbij zijn – Cubanen deden dit om in een gesprek naar Fidel te refereren, voor het geval dat iemand zou afluisteren – maar zaken konden problematisch worden als de Cubaanse overheid zou horen over twee Amerikanen die rondneusden in El Jefe’s wellustige verleden.

In 2010 meldde de Telegraph dat het bespreken van Fidels amoureuze escapades strikt taboe is voor iedereen in het Caribische communistische gebied. Een vriend en Cuba-expert die we om advies vroegen, vertelde ons echter dat het niet zo’n groot probleem was. Hij stelde dat Fidels liefdesleven een veilig onderwerp was om te bespreken, hoewel het wel een uitdaging kon worden om een Cubaan on the record te krijgen. Een andere kennis met behoorlijk wat kennis van het land vertelde dat de verhalen over Fidel’s liefdesleven legendarisch waren. “In Miami heeft iedereen een neef,” zei ze, waarbij met ‘neef’ een buitenechtelijk kind van Fidel bedoeld wordt.

Advertentie

Toen we eenmaal in Cuba waren en begonnen rond te vragen naar Castro’s seksuele prestaties, bleken de vrouwen daar helemaal niet zo loslippig over te zijn. Geheel begrijpelijk natuurlijk, maar toch mailden we onze Cuba-expert over onze strubbelingen. “In Cuba is het ongezond om over de regering te praten,” schreef hij terug. Ann Louise legde uit: “Vrouwen zullen gewoonweg niet praten over hun verhouding met Castro, omdat het gevolgen voor ze zal hebben zo lang ze in Cuba zijn. Mijn visum werd afgepakt omdat ik te openhartig over zijn persoonlijke leven had geschreven.” Waarom wisten we dit niet voor we naar Cuba gingen? Waarschijnlijk omdat Castro zelf vrij openlijk over zijn seksuele escapades sprak. Waarom zou niemand anders het dan mogen?

We besloten het advies van de portier van Hotel San Basilio op te volgen en de dame van de tandheelkundige kliniek op te zoeken. Wes offerde zich op voor het ondergaan van een Cubaanse tandheelkundige behandeling. “Ik heb sowieso twee gaatjes,” zei hij. We hadden even niet nagedacht over het feit dat het best wel gênant is om een vrouw naar haar seksleven te vragen terwijl ze in je tanden aan het boren is. We waren ervan uitgegaan dat Wes de meeste vragen zou stellen, maar dat kon uiteraard niet, aangezien zij met haar handen in zijn mond zat. Het kostte Holly even wat tijd voor ze de tandarts duidelijk kon maken dat we journalisten waren, wat overigens wel riskant was aangezien we onder een toeristenvisum reisden. De praktijk was op de tweede verdieping. De tandarts was een verzorgde vrouw van een jaar of zestig. Ze was rond de één meter vijftig, met bruingeverfde haren en ze droeg weinig make-up. Ze rook lekker. Haar assistente was van dezelfde leeftijd en lengte, maar minder verfijnd. De tandarts droeg verpleegsterschoenen, een rok tot over haar knieën, een geruite bloes en een laboratoriumjas. Haar assistente droeg een effen katoenen shirt, katoenen broek en jas. Het haar van de tandarts reikte tot haar schouders, dat van haar assistente was kortgeknipt. Geheel onverwachts, en ondanks al ons nerveuze gedoe, was het de assistente die het gesprek aanstuurde op de liefde. Wes’ ogen werden groot en hij trok een paniekerig gezicht. Holly zat aan het voeteneind van de tandartsstoel en legde haar hand op zijn scheenbeen.

Advertentie

De assistente glimlachte en zei: “Mannen gaan altijd van het beste scenario uit. Vrouwen niet.”

“Bent u getrouwd?” vroeg Holly.

Ze knikte.

Holly draaide zich om naar de tandarts: “En u?” De

tandarts droeg een mondkapje waarvan de bovenste rand tegen haar bril aanstootte. Haar vingers, gestoken in rubber handschoenen, zaten in Wes’ mond. Ze knikte.

“We zijn hier om een artikel over Fidel Castro te schrijven,” ging Holly verder.

Wes probeerde zijn hoofd te schudden, maar de tandarts hield zijn wang stevig tegen. “Niet bewegen,” zei ze.

“Hij is zo lang getrouwd geweest, maar beweert tegelijkertijd heel erg veel bedpartners te hebben gehad,” zei Holly. De assistente keek haar baas niet aan, maar haar bewegingen – die even ervoor zo soepel waren geweest – werden merkbaar zelfbewust. Ze bewoog als een onervaren acteur die in een scène met Robert De Niro speelt.

Bedeesd vervolgde Holly: “Wat moet zijn vrouw wel niet gedacht hebben…” De tandarts vertrok geen spier en zei: “Die was allang blij met de rust.” De assistente verduidelijkte: “Hij heeft op zijn minst drie echtgenotes gehad. Het is maar net hoe je telt.” Toen nam ze Wes mee voor een röntgenfoto in een andere kamer. “Jouw tandarts, bijvoorbeeld. Twee jaar lang,” zei de assistente tegen Wes. “Maak je geen zorgen, laat je vrouw maar de vragen stellen. Zij was twee jaar lang met hem. Haar man is nu dood, dus ze kan je alles vertellen. We waren toen al bevriend, en we werkten bij een andere kliniek. Er reed vaak een auto voor om haar op te halen, en dan kwam ze na een uur of twee weer terug naar werk. Ze was destijds heel gelukkig. Ze was heel verdrietig toen het eindigde. Haar man kon er niets aan doen. Veel mannen leden daaronder. Ze bewonderden Fidel, maar het was natuurlijk niet makkelijk voor ze. Hun vrouwen, moeders en dochters…”

Advertentie

We nodigden de tandarts uit voor een diner. Ze bedankte vriendelijk.

Fidel Castro en zijn huidige vrouw Dalia wonen in een klein huis in het westen van Havana. Bezoekers zeggen dat het simpel is ingericht met Cubaans handwerk.

Het is niet luxueus, maar Fidel heeft wel een grote tv. Hij is ongelooflijk gesloten – zelfs de CIA weet niet veel over zijn persoonlijke leven. Hij is rond de één meter negentig, en is twee keer getrouwd. Zoals Ann Louise Bardach en vele anderen al meldden, eindigde zijn eerste huwelijk door zijn ontrouw.

Tijdens de revolutie, voor de aanval op de kazerne bij Marcada, begon de jonge Fidel brieven te schrijven met society girl Natalia Revuelta. Natalia was getrouwd met een cardioloog, en Fidel met de nicht van de minister van Binnenlandse Zaken. Toen ze elkaar in levende lijve ontmoetten, sloeg de vlam in de pan en werden ze verliefd. Alina Fernández is hun buitenechtelijke dochter, en werd opgevoed door Natalia en haar man.

Na de revolutie ging Fidel wel eens bij hen op bezoek. Alina was nog maar een peuter, dus veel weet ze er niet meer van, maar ze herinnert zich nog duidelijk hoe haar stiefvaders handen begonnen te beven toen de regering zijn praktijk liet sluiten. Huisartspraktijken werden gezien als particuliere ondernemingen. (Het is onbekend of de praktijk werd gesloten omdat het werkelijk riekte naar kapitalisme of dat het een kleinzielige uiting van tirannie van Fidel was.)

Advertentie

Castro verscheen vaak na middernacht, onder begeleiding van een stoet jeeps, om onder hetzelfde dak als haar stiefvader de liefde met haar moeder te bedrijven. Toen Fidel verhoudingen begon met haar vriendinnen, klaagde haar moeder daarover. Ze vroeg hem wat respect op te brengen voor haar dochter, en hij antwoordde: “Maak je geen zorgen, ik hield mijn laarzen aan.”

We reisden het hele land door en overal waar we kwamen, bleven de vrouwen gesloten. Ze rolden met hun ogen, probeerden van onderwerp te veranderen of haastten zich weg. We benaderden voornamelijk vrouwen van middelbare leeftijd of ouder. We dachten dat zij wellicht wat opener zouden zijn over hun jeugdige avontuurtjes. Tenslotte waren de hoogtijdagen van Fidel dan ook een tijdje voorbij. Het leverde niets op. De intieme vragen die we stelden kwamen in ons gebrekkige Spaans ook niet echt goed tot hun recht, maar we ploeterden voort. Eén of twee keer kregen we een hint die ons weer naar een andere stad, bar of restaurant leidde. We kregen het vermoeden dat onze potentiële informanten voornamelijk uit waren op een gratis maaltijd.

We waren nu al bijna een maand in Cuba, en het tandartsbezoek was het enige dat ons iets van informatie had opgeleverd. We hadden bijna het hele eiland doorkruist en begonnen nerveus te raken. We waren door secretaresses weggestuurd uit regeringsgebouwen en we hadden serveersters de stuipen op het lijf gejaagd met vragen over Fidels penis.

Advertentie

Maar opeens hadden we geluk. In Sancti Spiritus konden we overnachten in de het huis van een aardige, oudere vrouw en haar knappe en flamboyante zoon Gigi. Hij sprak vloeiend Engels. We zagen onze kans. Gigi had vooral oog voor Wes, en voor Holly’s zonnebril. Hij vroeg of hij de zonnebril mocht lenen tijdens het uitgaan. Toen een katerige Gigi de volgende ochtend bekende dat de zonnebril kwijt was, grepen we onze kans.

Een uur later zaten we in het atrium van een koloniaal herenhuis, het eigendom van een heel klein vrouwtje genaamd Yeny, en haar man Arnold. Nadat we Gigi ons verhaal hadden uitgelegd, had hij contact gelegd met Yeny. Zij had ons drieën vervolgens uitgenodigd. Yeny had rood, schouderlang haar, ingevallen wangen en extreem grote voortanden. Ze leek op een versleten ezel.

Tijdens het gesprek met Yeny zat Arnold met zijn rug naar ons toe in een aangrenzende studeerkamer, die gevuld was met aluminium boekenkasten. De boeken stonden echter met hun rug naar de muur, zodat hun titels een mysterie bleven. Arnold was een goeduitziende, oudere kerel met het figuur van een gorilla. Hij droeg een werkmansbroek van spijkerstof, maar geen shirt. Hij zat achter een delicaat, antiek bureau dat zo klein was dat zijn typemachine er maar net op paste.

Enthousiast vroeg Yeny of we een tour door het huis wilden. Toen we bij de eetzaal aankwamen, wees ze naar de vloer en zei in steenkolen-Engels: “Op deze tegels.” Over haar schouder keek ze naar haar man die nog steeds met zijn rug naar ons toe zat. Toen boog ze zich naar ons toe en fluisterde: “Fidel.”

Advertentie

Juist op dat moment keek haar man op. “Koffie?” vroeg hij.

“Heeft u tijd voor een lunch?” vroeg Wes. “We zouden u graag meenemen voor lunch.” Arnold glimlachte en schudde van nee. “Goed idee,” zei Gigi en greep de kans om voor Yeny te beslissen. “Ik neem jullie mee naar het restaurant van een vriend.” Na haar vierde daiquiri deed Yeny haar verhaal uit de doeken tot in het vulgairste detail. “Chocolade!” zei ze, en haar ogen glommen door de gedachte alleen al. Gigi fungeerde als tolk, maar hij vertaalde niet alles wat ze vertelde, uit pure gêne. Desalniettemin was het een behoorlijk pikant relaas. “Hij gaf me gebakjes uit Parijs. Ik weet niet meer hoe ze heetten, maar hij was er altijd over aan het opscheppen. Ze waren heerlijk. Hij goot weleens chocolade over me heen.” “Het waren de gelukkigste dagen van mijn leven. Ik vroeg hem vaak of hij er geen vrouwen bij wilde als we vreeën, maar dan zei hij dat geen enkele man met meer dan één vrouw tegelijk zou moeten vrijen. Hij hield niet van orgies. Hij wilde geen andere mannen in de kamer als hij de liefde met me bedreef. Hij liet soms wel andere vrouwen kijken, en zei dan dat ze gebakjes moesten eten.”

“Bij Fidel draaide het om genot. En hij had inderdaad liever de vrouw van een andere man. De mannen gingen ervan uit dat Fidel graag bedrogen mannen van ze wilde maken. Dat hij graag zijn macht wilde tonen. Of dat hij het leuk vond om andere mannen zijn kinderen op te laten voeden. Maar eigenlijk was hij erg aardig. Hij hield er niet van om een vrouw pijn te doen. Hij zei dat ongehuwde vrouwen veel te snel verliefd werden. Sommige vrouwen konden Alejandro nooit vergeten. Zij kregen problemen.” (Alejandro was Fidels nom de guerre tijdens de revolutie en verwijst naar Alexander de Grote.)

Advertentie

Gigi zag er nerveus uit. Hij probeerde haar te onderbreken, maar Yeny zei dat hij zijn mond moest houden.

“Ik hou nog steeds van hem,” zei ze. “Die dagen zijn heilig voor me. In mijn leven heb ik van twee mannen gehouden, van mijn echtgenoot en van Fidel. Hij is stervende. De grootste man die de wereld gekend heeft.”

“Arnold noemt hem de ‘koekoek’, vanwege al zijn buitenechtelijke kinderen. Maar nee, zijn voorkeur ging ook uit naar getrouwde vrouwen omdat die beter zijn in bed. Hij deed niet aan prostituees. Duizenden vrouwen, maar hij raakte nooit een prostituee aan. Dat weten de meeste mensen niet. Het is een geheim. Dat kwam door Che. Che was een eikel, maar niemand zal dat ooit toegeven.”

“Che betrapte hem toen ze jonger waren ooit met een prostituee, waarop Che begon te schelden. Stel je eens voor! Che die Fidel uitscheldt! Belachelijk. Ik heb Fidel zo vaak gevraagd waarom hij hem niet gewoon wegstuurde. De eikel. Hij zei dat het slecht was om vrouwen als een object te behandelen. Vanaf dat moment was Fidel een minnaar. Ik weet niet waar zijn liefde voor gebakjes vandaan komt. En natuurlijk de sigaren. Ik denk dat jullie president Clinton daarom met die sigaar in de weer was destijds. Hij imiteerde Fidel. Stiekem wil iedere man Fidel zijn.”

De ober bracht Yeny haar vijfde drankje. Gigi hield zijn hand over haar glas, maar ze sloeg ‘m direct weg. In rap Spaans begon ze tegen hem te praten. Toen ze klaar was, zei Gigi, “Ik kan dat onmogelijk herhalen.”

Advertentie

“Alsjeblieft?” vroegen we hem. “Dit is fantastische informatie.”

“Nee. Ik bedoel dat ik er geen idee van heb wat ze zegt. Ze is stomdronken.”

Yeny greep Holly’s pols vast.

“Als hij je ooit benadert… dan móét je.”

Ja goed, je hebt mijn toestemming,” zei de chauffeur. Ongeveer een week na onze lunch met Yeny zaten we in een donkergroene Corvair cabriolet oldtimer, met vlekkeloze leren bekleding. We waren op weg naar het strand. “Hoe bedoelt u, uw toestemming?” vroeg Holly.

De chauffeur glimlachte en haalde zijn schouders op. “Dit is toch uw auto?” zei Wes. “Er zijn geen afluistermicrofoontjes in deze auto. We rijden met het dak open, niemand kan ons horen.” De chauffeur glimlachte en haalde zijn schouders op. “We dachten dat het okay was om naar zijn liefdesleven rond te vragen,” zei Wes.

“Dat vertelde een vriend van ons. Twee vrienden eigenlijk. Hij schijnt 35.000 bedpartners gehad te hebben.”

De chauffeur rolde met zijn ogen. “Tweehonderdduizend. Twee miljoen…”

Hij was op dreef en zijn stem droop van het sarcasme.

“Mijn tante heeft seks met Fidel gehad. Mijn grootmoeder sliep met Fidel. Mijn oom sliep met Fidel. Weet je, we hebben allemaal seks gehad met Fidel. Fidel en ik hebben de liefde in deze auto nog bedreven.”

Hij trok een raar gezicht naar ons. We hadden allebei geen idee wat hij nou bedoelde.

“Maar serieus, had Fidel ook seks met mannen?” vroeg Wes. Cuba is tenslotte een van de meest homovriendelijke landen ter wereld. De overheid verstrekt sinds 2010 gratis geslachtsveranderingoperaties, en het legitimeren van het homohuwelijk is momenteel in behandeling.

De chauffeur negeerde de vraag. Hij zei: “Ik heb zeven neven die allemaal Fidelito (dezelfde naam als Castro’s eerste zoon) heten. Elke bastaard, altijd Fidelito… Fidelito. Fidelito. Als een vrouw zwanger raakt, en ze zegt niet wie de vader is…”

Hij kwam weer een beetje tot zichzelf. Hij draaide zich om naar Wes, “Zo, vriend. Je bent Amerikaans?”

“Canadees,” antwoordde Wes.

“Wat voor sigaren vind je lekker?”

“Partagás.”

“Dat is de special van de week. Laatste dag. Ik heb ze.” Wes kocht een doosje.

Namen en andere kenmerkende aspecten zijn aangepast om de identiteit van de ondervraagden te beschermen.