FYI.

This story is over 5 years old.

Een Nummer Over Culturele Wandaden

David Verbeek vindt het fijn om eenzaam te zijn

In zijn knusse Xenos-interieur sprak ik de filmmaker over doortrapte Chinese krengen, superrijke vampieren, en de band met zijn moeder.

Portret door Siem van Woerkom

David Verbeek (32) maakt graag trage films over Chinezen. Slow cinema, zoals hij het zelf noemt. Lange, serene shots en weinig tot geen narratief. "Ik film heel beschouwelijk, ook vrij filosofisch. Ik wil de kijker een ongedwongen filmervaring bieden en niet bepalen wat hij moet denken of voelen door snel naar een close-up te gaan of met filmmuziek het drama door de strot te duwen."

Advertentie

En dat heeft David flink wat veren opgeleverd. Hij won in 2008 de Tiger Award op het IFFR voor zijn speelfilm Shanghai Trance. Drie jaar later won hij op hetzelfde festival de Return Of The Tiger Award voor Club Zeus. De Second Life-flick R U There? gooide hoge ogen in Cannes en zijn korte film Immortelle was dit jaar ook genomineerd in de Tiger Shorts Competition, wederom op het IFFR.

Zijn vijfde, net uitgekomen speelfilm How to describe a cloud is zijn beste werk tot nu toe, vindt hij zelf. "Het is een poëtische film van volwassen niveau. Hij is uitgebalanceerd, er zitten geen overbodige scènes in. Het is een film over de kracht van de menselijke verbeelding. Je wordt helemaal in de mental space gezogen van de hoofdrolspeelster, juist omdat er zo veel onuitgesproken blijft."

Ik spreek David in zijn appartement in Amsterdam, waar hij woont als hij niet in Shanghai of Taipei aan het filmen is. Hij schenkt thee uit een Chinees kannetje. Er staat een Chinees schaakspel stof te verzamelen. Aan de muur hangt een groot portret van de Chinese hoofdrolspeelster uit How to describe a cloud. Een oriëntaals ingericht oud-Amsterdams pakhuis, of een Xenos-winkel.

Terwijl hij mij bijschenkt-gelukkig gaat de meegebrachte fles rode wijn later op de avond ook open, en op-vervolgt hij: "Wat ik graag in beeld breng is het fenomeen sad partying. In mijn film Club Zeus is iedereen aan het dansen, en lijkt iedereen lol te hebben, maar ondertussen zitten ze elkaar te fokken en vertrouwt niemand elkaar. Je alleen voelen in de massa."

Advertentie

VICE: Heb je dat zelf ook ervaren toen je in Shanghai woonde?
David Verbeek: Kijkers denken vaak dat ik het personage van Tygo Gernandt in Shanghai Trance ben, en dat is ook wel zo. Dat hij in een club zijn liefje aan een tafel ziet met een soort sugar daddy en er toch bij gaat zitten, hoe ongemakkelijk dat ook is. Of de andere verhaallijn waarin een jaloerse dj steeds het mobieltje van zijn vriendin checkt. Dat heb ik ook meegemaakt.

Jij had een Chinese vriendin die achter je rug om je berichten las?
Ja, ik werd een spel van macht en jaloezie ingetrokken. Chinese vrouwen spelen het spel der liefde echt genadeloos hard. Hier in Nederland zijn we open en eerlijk in relaties, dat proberen we althans te zijn. Vrouwen daar zitten opportunistischer in elkaar, schrijf dat maar zo op. Men gaat daar relaties aan om concrete redenen, om niet terug te vallen in armoede bijvoorbeeld. Er is in steden als Shanghai veel nieuwe welvaart, maar de toekomst is nog onzeker. De overheid is niet eerlijk, het leven voelt niet veilig. En als je je niet veilig voelt, wil je ook niet afhankelijk zijn van één persoon. Dan zoek je als vrouw een gast die heel rijk is. Daarnaast heb je nog een jeugdvriend bij wie je heel vertrouwd voelt. En dan heb je nog een lange, exotische vent waar je verliefd op bent. Als je dat weet van vrouwen daar, ga je zelf ook zo doen. Ik ben in China net zo erg geworden.

Een gevalletje van: wat jij kan, kan ik beter. Maar als het zulke doortrapte krengen zijn, waarom spelen Chinese vrouwen keer op keer de hoofdrol in jouw films? Is het vanwege hun uiterlijk?
Ik vind dat Aziatische vrouwen inderdaad een enorme schoonheid hebben, maar dat staat daar los van. Ze zijn misschien doortrapt, maar daardoor ook spannend om te filmen. Als je zo beschouwelijk filmt als ik, moet je wel een dramatisch onderwerp hebben.

Advertentie

Jouw films gaan ook over ontreddering en eenzaamheid in metropolen. Hoe was dat voor jou toen je op je 25ste in Shanghai aankwam?
Achteraf gezien was het een naïeve zet. Een verstandig iemand zegt niet: ik verhuis naar Shanghai om een film te maken, terwijl ik de taal niet spreek en niemand ken. Het heeft me twee jaar gekost om me connected te voelen. Shanghai is een spannende stad, die enorm in de lift zit. Elk weekend gaat er weer een nieuwe club open, waar jongeren aan hun tafeltje de ene na de andere fles whiskey of champagne bestellen. Maar ik heb me er ook eenzaam gevoeld. Niet dat ik dat erg vind, ik vind het soms wel fijn om me een beetje eenzaam te voelen. Dat heb ik liever dan dat alles goed gaat en iedereen leuk is. Ik houd er niet van als alles constant is.

Jouw personages proberen juist aan dat eenzame stadsleven te ontsnappen.
Ja, je ziet in Shanghai en Taipei de extreme uitwassen van gedrag dat in principe overal ter wereld voorkomt. Er is daar wel een extreem escapisme.

Meer uitgaan, meer drugs…
…meer hedonisme, meer materialisme, meer jongeren die zichzelf letterlijk doodgamen. Alles is daar zo snel veranderd, dit is spierpijn van de groei.

Dus ga je een film maken over 'superrijke, hedonistische, Chinese party-vampieren'?
Dead & Beautiful gaat over zo'n extreme uitwas. In China hoor je de laatste jaren steeds meer over de Fuerdai, de tweede generatie rijken. Het zijn jongeren met te veel geld, die te verwend zijn opgevoed. Ze komen telkens negatief in het nieuws, omdat ze straatraces houden met hun Lamborghini en iemand per ongelijk doodrijden, of omdat een feestje uit de hand loopt en ze een overdosis nemen. Deze jongeren worden echt gehaat door de onderklasse, die nog steeds in armoede leeft.

Advertentie

Maar, vampieren?
Ja, ik wilde een vampierfilm maken, maar dat mag niet in China, vanwege de censuur. Je mag geen films maken over bijgeloof, geesten of bovennatuurlijke zaken, omdat de Communistische Partij het volk niet in verwarring wil brengen. Dus een film over vampieren mag niet, maar een film over mensen die dromen dat ze een vampier zijn weer wel. Ze moeten dus in de film wakker worden zodat de kijker beseft dat het niet echt is. Dat snap ik niet, want een film is toch een soort droom op zich?

Hoe ga je dat fixen?
Nu ga ik een film maken over vijf rijke, decadente jongeren die tijdens een exclusieve wijnproeverij in slaap vallen. Als ze wakker worden hebben ze ineens vampiertanden. Ze gaan dan testen wat dit nieuwe leven voor ze betekent. Ze voelen zich levendiger worden door het drinken van bloed, en denken dat ze mind control powers hebben. Maar wat blijkt, het is allemaal een hoax. In hun wijn zat een slaapmiddel, waarna een tandarts hen allemaal vampiertanden heeft gegeven. Ze zijn dus geen vampieren, en dat weet één van hen, maar het is te laat om terug te gaan. Er is namelijk ook een moord gepleegd. Het is dus een thriller waarin ik die censuur heb weten te omzeilen.

Je wilt dus een vampierenfilm speciaal voor de Chinezen maken.
Dead & Beautifulis bedoeld voor de Chinese markt ja. Hij moet in 500 zalen gaan draaien. Dat is fucking exciting. Wel even wat anders dan een arthouse film van mij die hier in vijf zalen draait. Shanghai Trance heeft in China ook in 300 zalen gedraaid.

Advertentie

Maar je doet vet veel projecten tegelijk man. Ik las ook iets over drones?
Ja, ik werk al drie jaar aan Full Contact, een film over een dronepiloot in de woestijn van Nevada. De financiering is nog steeds niet rond, erg frustrerend. Daarom ben ik steeds met meerdere projecten tegelijk bezig. Anders ga je er persoonlijk aan onderdoor. Dat je die ene film wilt maken en dat het niet lukt. Dat is bijna te vergelijken met een doodgeboren kind. Ik wil niet eens in de drie jaar op een set staan, dus ik wissel grotere producties af met low budget-films als How to describe a cloud. Voor die film had ik alleen een treatment van vier pagina's; de dialogen schreef ik tussen het filmen door.

Foto uit de serie Ghost Month van David Verbeek, die over nachtelijk Taipei gaat.

Even iets anders. Ik hoor vaak van vrienden dat ze niet van Aziatische films houden omdat ze zich moeilijk kunnen inleven in de personages en niet de emoties van hun gezicht kunnen aflezen. Zeggen mensen dat weleens over jouw films?
Ja, dat alle Aziaten op elkaar lijken. Wij lijken volgens hen ook allemaal op elkaar. Wat ik toch gek vind, want wij hebben bruin, rood of blond haar, bruine, blauwe of groene ogen. Zij hebben allemaal zwart haar en bruine ogen. Je zou zeggen dat westerlingen diverser zijn.

Wat vind je ervan dat blanke mensen zo over Aziatische cinema denken?
De meeste mensen zijn Hollywood gewend, met hun gestandaardiseerde manier van filmen en dramaturgie. Dan vind je mijn films sowieso kut, omdat je niet krijgt wat je verwacht. Het is heel makkelijk om te zeggen dat je je niet kunt inleven, maar als je een typisch Nederlandse dialoog ziet, waarin er maar wordt doorgepolderd, dan is dat toch ook verschrikkelijk? Als je films als kunstvorm beschouwt-echt als cinema-dan moet je daar gewoon naar leren kijken.

Advertentie

Waar hoor jij als filmmaker eigenlijk het meeste thuis?
Ik blijf een nuchtere Nederlander. Hoe vaak ik ook in China zit, ik blijf op een westerse manier naar Chinezen kijken. Dat vind ik ook mijn kracht als filmmaker. Ik zie dingen graag van een afstand, ook als ik uitga. Ik wil mijn films niet baseren op een toeristische ervaring, maar ik wil ook niet inburgeren in China. Ik spreek aardig de taal, maar ik ben geen Chinees. Naar mijn mening moet je genoeg moeite doen om te weten wat je aan het doen bent, maar toch een outsider blijven.

Een professionele outsider dus, die alleen investeert als het iets oplevert.
Die onrust die in mij zit heeft ook te maken met mijn opvoeding. Mijn vader reisde heel veel, hij was diplomaat. We verhuisden steeds. Die onrust, die prikkelingen en impulsen, die nieuwe sociale omgevingen, daar raak je aan gewend. Je wordt een soort weesje dat zich telkens opnieuw aanpast.

Still uit How to describe a cloud.

Jouw laatste film How to describe a cloud gaat over een jonge vrouw die haar blinde moeder langzaam verliest. Ik las dat jouw eigen moeder, schrijfster Rascha Peper, ook erg ziek is.
Ja, maar dat is een raar toeval. Toen ik deze film net had gemonteerd ontdekte ik dat mijn moeder ongeneeslijk ziek is. Cloud gaat over een band tussen twee mensen die verder gaat dan de vijf zintuigen. Ergens lijkt dat op de band die ik met mijn moeder heb. Ik wil niet zeggen dat die er is, ik heb niks met bijgeloof of dingen die ik niet kan verklaren. Maar het is wel meer dan toevallig.

Advertentie

Zijn jullie close?
We zijn erg hecht, maar allebei ook erg nuchter. Toch heb ik wel het gevoel dat ik dit ergens voelde aankomen. Mijn moeder heeft alvleesklierkanker, dat zat er misschien al langer. Misschien voelde ik dat toen ik deze film aan het maken was. Het is ook al de tweede keer hè? Toen ik in 1999 op de New York Film Academy zat, maakte ik een film over een schrijver die in een rolstoel belandde omdat hij een beroerte kreeg. Mijn moeder is schrijfster, en vrij snel daarna kreeg zij zelf ook een beroerte. Ik denk niet dat ik me hier echt bewust van kan of moet worden, maar als je artistiek bezig bent, ben je denk ik gevoeliger dan normaal. Ik ben altijd bang geweest dat ik mijn moeder vroeg zou verliezen.

Hoezo?
Mijn moeder kampte vaker met ziekte, vroeger al. Daar heb ik mij altijd een beetje zorgen over gemaakt. Mijn moeder gaat binnenkort dood, maar haar moeder leeft nog. Zij is nu begin zestig, mijn oma negentig. Ik heb denk ik nooit geloofd dat mijn moeder er zal zijn als ik straks zestig ben.

Klopt het dat je haar verhalen wilt verfilmen?
Dat wil ik zeker, dat heb ik haar ook beloofd. Ik ben zelf heel dyslectisch. Over een boek van 400 pagina's doe ik een half jaar, dus ik kijk liever een goede film. Maar ik heb wel veel van mijn moeder gelezen. Haar korte verhalen lenen zich goed voor een langere film. Dan kan ik er zelf meer van maken. Ik ben nu ook haar laatste roman-Handel in veren-aan het lezen, die is net af.

Hebben jullie zo'n hechte band omdat jullie allebei creatief zijn?
Ik heb ook veel van mijn vader, maar ik identificeer me met mijn moeder omdat ze ook een verhalenverteller is. Ik ben 32, en mijn moeder gaat dood op haar 64ste. Dat is extra zwaar als je je zo met haar identificeert. Het universum zal een heel stuk kouder worden zonder haar. Ik heb altijd gedacht: als je een ouder verliest ben je in één klap volwassen. Het zal ook enorm invloed gaan hebben op het werk dat ik ga maken in de toekomst.

Is filmen voor jou een manier om de wereld beter te begrijpen?
Ja, dat is het zeker. Ik voelde me soms wel klein in Shanghai, en ook in de liefde ben ik flink op mijn bek gegaan. Al die shit kon ik direct in mijn films verwerken. Ik zou verschrikkelijk lost zijn als ik niet wist waar ik goed in was, maar voor mij is het glashelder. Ik kan de rest van mijn leven experimenteren met film. Mijn moeder vertelde me laatst dat schrijven haar vaak door moeilijke periodes heen heeft getrokken. Ik film om de wereld draaglijker te maken voor mezelf.

Ongeveer een week na dit interview werd bekend dat schrijfster Rascha Peper, pseudoniem van Jenny Strijland, zaterdag 16 maart op 64-jarige leeftijd is overleden. In een verklaring op de website rouwt uitgeverij Querido "om de dood van deze meestervertelster, die met haar verhalende romans en haar licht laconieke toon altijd een groot lezerspubliek wist te bekoren."