“Bovendien is goede therapie vaak gebaat bij intimiteit: je moet je op je gemak voelen bij je therapeut om je open te kunnen stellen,” vertelt Van de Beld. Voor het onderzoek maakte ze gebruik van de expertise van Rutgers, het Nederlandse kenniscentrum voor seksualiteit en seksuele gezondheid. “Bij Rutgers zeggen ze: seksualiteit is een belangrijk onderdeel van wie we zijn, daarover praten is ook tijdens therapie van belang. Daarom is het in de ggz cruciaal om een onderscheid te maken tussen intimiteit binnen de therapiesessies en intimiteit die schadelijk kan zijn voor de patiënt.”In het geval van Milou maakte haar ex-therapeut vooral misbruik van het feit dat hij maandenlang een kijkje had gekregen in haar diepste onzekerheden. “Toen onze relatie al enkele maanden beëindigd was, ging ik ermee akkoord om nog een keertje met hem uit eten te gaan. Die avond heb ik aangegeven dat ik geen seks meer met hem wilde hebben,” vertelt Milou aan VICE. De volgende dag krijgt ze een boze mail van Henk, waarin hij haar verwijt dat ze koud en egoïstisch is, en dat ze totaal niet bezig is met de gevoelens van een ander. Hij verwijst hierbij naar de therapiesessies waarin zij twijfels had uitgesproken over haar behoefte om alleen te zijn.“Bij Rutgers zeggen ze: seksualiteit is een belangrijk onderdeel van wie we zijn, daarover praten is ook tijdens therapie van belang. Daarom is het in de ggz cruciaal om een onderscheid te maken tussen intimiteit binnen de therapiesessies en intimiteit die schadelijk kan zijn voor de patiënt.”
“Ook baseerde Henk zich op het interieur van mijn huis: omdat mijn huis vol staat met gekke verzamelingen, zou ik autisme hebben. Ik had een keer grappend gezegd dat de inhoud van mijn mooi geordende keukenkast een kijkje in mijn ziel is. Daarover schreef hij later dat ik op dat moment ‘ontdaan was’ omdat ‘Henk mijn geheim had gezien’,” vertelt Milou. Milou heeft na Henk bij verschillende andere psychologen therapie gevolgd. Van die psychologen koppelde niemand haar klachten aan de diagnose ‘autisme’. Milou vertelt dat ze de brief met daarin de diagnose kon relativeren, maar dat het haar ook kwaad maakte. “De eigenschappen die hij noemde in die brief – eigenschappen waar ik me soms onzeker, maar óók trots over kan voelen – moesten volgens hem gecorrigeerd worden en weken af van de norm. De inhoud van die brief voelde erg gewelddadig, vooral omdat het door een psychotherapeut was geschreven. Alsof mijn volledige identiteit ontkend werd,” vertelt ze. “Dat heeft me in sommige situaties erg onzeker gemaakt. Als ik in een lastige sociale situatie zat, dacht ik terug aan wat hij had geschreven en zocht ik de fout bij mezelf,” vertelt Milou. In dezelfde brief pleit Henk zichzelf volledig vrij van enige hofmakerij. Zo schrijft hij hoe Milou hem verleid heeft, hoe hij ‘volledig overvallen was’ door de signalen die Milou hem had gestuurd. “De brief en de diagnose waren heel erg manipulatief. Zijn bericht interpreteerde ik als: kom jij maar terug naar mij, meisje. Ik weet wie jij écht bent en ik kan jou daarom helpen.”“Tijdens onze therapiesessies hebben we amper over seks gepraat. Zijn diagnose stelde hij dus op uit wat hij later ‘leerde’ tijdens die enkele weken dat we samen sliepen.”
Een onderzoek naar die cijfers bleek ingewikkeld. “We hebben op allerlei manieren geprobeerd om mensen te bereiken die slachtoffer zouden zijn van seksueel misbruik binnen de ggz, maar we kregen te weinig respons om een uitspraak te kunnen doen over de omvang. We denken dat dit vooral te maken heeft met de doelgroep: er is al een grote drempel om melding te maken van seksueel misbruik, en deze wordt nog hoger als je je mentaal niet goed voelt, of psychisch in de war bent.”“Zijn bericht interpreteerde ik als: kom jij maar terug naar mij, meisje. Ik weet wie jij écht bent en ik kan jou daarom helpen.”
Dat herkent Milou ook. “Ik ben een seksueel persoon, en ik hou van experimenteren. Daarom ben ik ook ingegaan op de avances van Henk. Ik weet dat ik me hier niet schuldig om moet voelen, maar ik had lang het gevoel dat het mijn eigen schuld was, ook al heb ik duidelijk mijn grenzen aangegeven.” Van de Beld legt uit wat er concreet aan dergelijke situaties te doen is: “De inspectie wil meer aandacht voor preventie van seksuele grensoverschrijdingen binnen de ggz, bijvoorbeeld door het onderwerp meer bespreekbaar te maken. Ik ben benieuwd of dat in de praktijk gaat werken.” Uiteindelijk is het volgens Van de Beld belangrijk dat de organisaties zelf ook een oogje in het zeil houden. Voor het onderzoek van Investico sprak Van de Beld ook met andere therapeuten. In die gesprekken geeft iedereen hetzelfde aan: een relatie tussen therapeut en (ex-)patient mag simpelweg niet. Maar volgens hulpverleners is die manier van spreken over relaties te rigide. “Omdat je meteen je baan kan verliezen als je een relatie krijgt met een patiënt, verzwijgen therapeuten dit sneller.” Volgens hulpverleners is het belangrijk dat er enerzijds duidelijke regels blijven, maar dat er anderzijds meer gepraat wordt over wat er gaande is binnen een praktijk. “Hulpverleners vragen allemaal om meer openheid,” legt Van de Beld uit. “Ze vragen bijvoorbeeld om elke week even bij elkaar te checken of er iets gaande is, en dat die momenten dan ook de mogelijkheid geven om als hulpverlener over die gevoelens te praten. En het allerbelangrijkste is dat er zo een onderscheid gemaakt kan worden tussen kwaadwillende hulpverleners, die moedwillig misbruik maken van hun macht, en hulpverleners die op een meer onschuldige manier ‘afglijden’ naar te intiem contact met een patiënt. Als je het gesprek over die ‘afglijding’ eerder open gooit, dan kan je een tuchtzaak misschien voorkomen.”Normaal gesproken kun je vrij snel een klacht kan indienen bij het tuchtcollege, maar Milou viel net tussen de mazen van de wet. Voor haar is het daarom ook belangrijk dat ze gehoord wordt in haar klacht, ook al volgen er geen daadwerkelijke sancties voor Henk. “Ik had graag een andere uitspraak gezien van het tuchtcollege, maar ik ben wel blij dat Henk mij sinds hun waarschuwing niet meer heeft gecontacteerd,” vertelt Milou. “Hij heeft jarenlang onverstoord mijn grenzen overschreden, terwijl ik keer op keer aangaf dat het moest ophouden. Doordat hij onophoudelijk mijn identiteit bleef bevragen en zich bleef opdringen, hebben zijn woorden uiteindelijk wel impact op me gehad. Dat hij me bleef lastigvallen, gaf me een gevoel van machteloosheid,” vertelt ze.“Ik ben nu in een andere stad gaan wonen, en ik ben erg opgelucht dat ik Henk niet meer zomaar op straat kan tegenkomen. In mijn voormalige stad ben ik constant op mijn hoede. Ik walg van de gedachte aan hem,” vertelt Milou. “Henk heeft als psychotherapeut gevaarlijk weinig inzicht in zijn eigen psyche. Al die tijd wilde hij heel graag mijn redder zijn, terwijl hij mij juist ontzettend nodig had.”*De namen van Milou en Henk zijn gefingeerd. De echte namen zijn bekend bij de redactie.“Ik weet dat ik me hier niet schuldig om moet voelen, maar ik had lang het gevoel dat het mijn eigen schuld was, ook al heb ik duidelijk mijn grenzen aangegeven.”