De rol van de Amsterdamse Lowlanders voor homoseksuele rugbyers

FYI.

This story is over 5 years old.

Sport

De rol van de Amsterdamse Lowlanders voor homoseksuele rugbyers

Rugbyers zijn halfgare idioten in strakke pakjes.
KK
foto's door Karl Kemp

Het is een sport waar de meest domme droeftoeter ter wereld nog een legende kan worden. En ook al wordt er flink op los gebeukt, is de sport best homo-erotisch: gespierde, zweterige mannen die duwend en trekkend strijden om een bal. Dit zijn allemaal stereotypes die je als rugbyer wel eens naar je hoofd krijgt – wat toch zonde is voor een sport die voornamelijk om tactiek draait.

Maar rugby is nou eenmaal niet populair in Nederland. Er worden nog steeds experts uitgenodigd bij sportprogramma’s om aan de onwetende presentatoren uit te leggen dat het nationale team speelt en hoe dat precies werkt. De eerste Nederlandse rugbybond was al in het begin van de twintigste eeuw opgericht, maar werd weggevaagd tijdens de Duitse bezetting. Dus in de naoorlogse wereld werd het rugby wakker in een door voetbal gedomineerd land.

Advertentie

Rugby groeit inmiddels wel dankzij de tv-aandacht van kanalen als RTL, dat het WK van vorig jaar uitzond. Maar er zijn nog steeds minder dan achtduizend geregistreerde spelers in het land. De subtiliteit en nuance van rugby – ja, die zijn er echt – worden al snel overschaduwd door filmpjes van de Nieuw-Zeelandse legende Jonah Lomu, die door zijn tegenstanders loopt alsof ze zeepbellen zijn.

Dus wat betreft rugby lopen we in Nederland een beetje achter. Maar toch, ondanks alles, is er een homoseksueel rugbyteam in Amstelveen: de ARC Lowlanders. Ze pakken de stereotypen van rugbyers en homo’s allebei aan, als twee verkeerd begrepen vliegen in één klap.

Dat is geen primeur. The Kings Cross Steelers in Londen is waarschijnlijk het meest beroemde homoseksuele rugbyteam. Dat zijn ze al sinds de jaren negentig. Australië is ook niet achtergebleven, net als de Verenigde Staten, Schotland, en nog vele anderen. Maar dit zijn natuurlijk echte rugbylanden. Nederland is dat niet.

Er zijn nu zo’n 67 gayrugbyclubs actief in de wereld, geregistreerd door International Gay Rugby. De Lowlanders doen het behoorlijk goed in deze hiërarchie. Ze zijn dertien jaar geleden opgericht, tijdens een potje rugby in een park. Het idee kwam van een homoseksuele Franse expat en het team werd al snel een onderdeel van de Amstelveen Rugby Club. Ze delen de faciliteiten met ARC en zijn onderdeel van hun overkoepelende familie, inclusief jeugd en vrouwenteams dus. Sommige spelers doen ook gewoon mee in de tweede en derde teams van de ARCf.

Advertentie

Recentelijk werd aangekondigd dat ze in 2018 de Bingham Cup zullen organiseren (vernoemd naar Mark Bingham, een homoseksuele Amerikaanse rugbyer die overleed op 11 september). Het is een toernooi dat duizenden spelers uit tientallen landen trekt, en iets waar de hele homoseksuele rugbygemeenschap maanden naar uitkijkt. De Lowlanders staan nu zeker op de kaart.

Toen ik twee lokale rugbyjongens in een bar in Amstelveen ontmoette na een avondje met de Lowlanders te hebben doorgebracht, begonnen we te praten over de sport. Een van hen zou binnenkort naar Australië gaan om wat ervaring op te doen, zodat hij uiteindelijk in Nederland een van de beste zou zijn. Ik vroeg hem waarom hij rugby speelde, wat zijn vrienden ervan denken en waarom hij geen voetbal speelt. “Onze vrienden vinden het geweldig,” zegt hij. “Veel mensen zijn voetbal juist een beetje zat, al die schwalbes – dat is pas gay.”

En wat de stereotypes over rugby ook zijn, het is gewoon een leuke sport – meer niet. Dat is precies waarom de Lowlanders bestaan. Het gaat niet om de groep mannen, het gaat om de sport. “Ik wilde een sport doen die bij mijn lichaam paste,” vertelt Dennis de Boer, de 31-jarige voorzitter en speler van de Lowlanders. “Ik wilde altijd danser worden, maar ik wist dat ik nooit een goede ballerina zou worden. Ik vond rugby leuk en cool, dus ik ging ervoor.”

Maar helaas betekent de opkomst van homoseksuele rugbyclubs niet de rugbyers totaal geen last meer hebben van discriminatie. Dennis vertelt dat de Berlin Bruisers een paar weken geleden nog homofobe leuzen te horen kregen bij een wedstrijd. Veel rugbyclubs hebben daar last van. Een Batley Bulldogs-fan werd uit het stadion verbannen omdat hij homofobe dingen twitterde richting Hirst nadat hij uit de kast kwam. Marty Flynn van de Sydney Convicts zou gezegd hebben dat hij nooit meer in heterocompetities wilde spelen vanwege homofobe mannen.

Advertentie

In de professionele rugbywereld zijn er minstens drie spelers uit de kast gekomen – Gareth Thomas (voormalig aanvoerder van Wales), Keegan Hirst van de Batley Bulldogs en Sam Standley, voormalig speler van Saracens in Engeland. In een interview zei Thomas dat hij een prof was in het spelen van een hetero, omdat hij een agressieve rugbyaanvoerder moest zijn – altijd de eerste die een gevecht in een bar begint of de grens op zoekt op het veld.

Maar rugby werkt hard aan een betere relatie met de homogemeenschap. David Pocock, speler voor het nationale team van Australië, weigerde zijn eigen huwelijksformulieren te tekenen totdat “zijn homoseksuele vrienden de kans hebben hetzelfde te doen” in Australië. En natuurlijk heb je Nigel Owens nog, de favoriete scheidsrechter van iedere rugbyfan. Het was een van de weinige scheidsrechters die uit de kast kwam. Hij stopte in 2007 maar maakte zichzelf onsterfelijk met de beroemde woorden tegen Tobie Botes: “Als ik je ooit nog hoor schreeuwen over iets, straf ik je. Dit is geen voetbal”. Hij heeft natuurlijk zijn eigen ‘best moments-filmpje’ op YouTube.

Mensen zijn over het algemeen wel van mening dat ‘gay’ als negatief bijvoeglijk naamwoord niet oké is, maar het gebruik betekent niet dat je sowieso homofoob bent. Deze lijn wordt steeds vager, dus het probleem blijft bestaan. De Lowlanders zijn hier bewust van – wat een groot onderdeel is van de reden dat ze bestaan ondanks dat Nederland heel liberaal is.

Advertentie

De Boer reist voor iedere training bijna een uur ieder week, en hij is niet de enige. Spelers komen uit Rotterdam, Utrecht, Den Haag, Leiden, overal. Sommige reizen zelfs langer dan een uur. Als je homoseksueel bent en je wilt rugby spelen, dan ga je waarschijnlijk niet naar je lokale heteroclub. Het is simpelweg niet hetzelfde. De Lowlanders moeten bestaan – ze geven nieuwe spelers een plek om te leren, en geven een voorbeeld voor de rest van de sportgemeenschap.

Europa is dan nog een van de meest homovriendelijke continenten. Het eerste homohuwelijk ooit was in Amsterdam. Schotland, een traditioneel rugbyland en thuis van Murrayfield – een van de meest legendarische rugbyvelden – werd laatst benoemd tot het meest homovriendelijke land in Europa. Maar er zijn ook rugbylanden waar dit minder soepeltjes gaat. In Zuid-Afrika bijvoorbeeld zijn de Jozi Cats dit jaar opgericht als (pas) de derde gay rugby club van het land. Dit ondanks het feit dat het een van de eerste landen was dat het homohuwelijk toestond. Het land blijft met alle verschillende culturen en tradities voornamelijk conservatief. Hetzelfde geldt voor Argentinië, waar de tweede gay rugby club zojuist opgericht is.

Mis niets! Like VICE Sports Nederland voor je dagelijkse dosis ijzersterke sportverhalen.