Heksenjacht Brussel Josyne Van Beethoven
Foto: Asmus Koefoed
geschiedenis

Het verhaal van Josyne van Beethoven, verbrand op de Grote Markt van Brussel

De voorouder van de beroemde componist werd een van de vele slachtoffers van de heksenjacht.
Matéo Vigné
Brussels, BE

Het hart van Brussel zit bomvol historische verwijzingen. Het is alsof je door een groot geschiedenisboek dwaalt vol tweedehands vinyl shops, domme souvenirwinkels, niet zo trendy cafés en kitscherige seksshops. Dat is ook precies wat het zo charmant maakt, de oude stad geeft je ogen de kost. Dit geldt ook voor cultuur, trouwens. Als je goed zoekt, vind je onvoorstelbare verhalen die ons meer vertellen over hoe de samenleving indertijd werkte. Vandaag wordt de Grote Markt overspoeld door toeristen die enthousiast foto’s maken voor het stadhuis en en veel te dure warme wafels bestellen, maar deze plek was niet altijd de oase van rust zoals we ze vandaag kennen. Het verhaal van Josyne van Beethoven is daar het bewijs van.

Advertentie

Een verhaal over heksen

De maatschappij is vanaf de oudheid tot op heden altijd gekant geweest tegen al wat duister, onbegrijpelijk of anders is. Het leven werd vroeger grotendeels beheerst door de dogma's van de gelovigen. De christenen, wiens cultus in de meeste Europese landen de staatsgodsdienst was, organiseerden zich om te strijden tegen alles wat heidens was: magie, waarzeggerij, afgoderij, nieuwe godsdiensten... Een hele reeks "bijgeloof" waar de Kerk allesbehalve fan van was. In die tijd geloofde de publieke opinie min of meer in het bestaan van deze praktijken, evenals in de krachten van heksen en tovenaars.

Vanaf de 13e eeuw werden alle duistere praktijken die als bijgeloof (en dus vergeeflijk) werden beschouwd, een misdaad. In een gespannen politieke context en bedreigd door de opkomst van nieuwe geloofsovertuigingen, besloot de Kerk om een grote beweging op te richten en zo de ‘abnormaliteiten’ van de orthodoxie te bestrijden, door te beslissen wat er al dan niet als ketters werd beschouwd. In Europa zag een instituut het levenslicht; de Inquisitie. Paus Johannes XXII vaardigde de Super illius specula (1326) uit, die alle devianten onwettig maakte door ze te bestempelen als majesteitsschennis en misdaden tegen het geloof. In 1523 werden de eerste protestantse martelaren in België, Henri Voes en Jean Van Eschen, vermoord op de Grote Markt in Brussel. Hun lot: de brandstapel. Uiteraard werd deze praktijk uitgebreid tot ieder individu dat als storend werd beschouwd, was uitgeroeid - heksen in het bijzonder. 

Advertentie

De heksenjacht woedde dus volop vanaf het begin van de 14e eeuw en duurde voort tot in de 18e eeuw. Op stedelijk niveau speelden zich verschillende - vaak heftige en onrechtvaardige - repressieve episodes af. Tussen de dertiende en de zeventiende eeuw werden in Europa maar liefst 110.000 processen gevoerd op verdenking van hekserij, bijna 48% daarvan eindigde met de doodstraf - en niet bepaald op een humane manier.

Er werd in die tijd veel gediscussieerd over de status en de positie van vrouwen. De mannen die aan de macht waren in de toenmalige maatschappij (hertogen, koningen, burgemeesters, geestelijken, enz.) waren grote vrouwenhaters en zagen hun eigen nederlagen of zwakheden als het resultaat van hun zelfgenoegzaamheid tegenover vrouwen die buiten het door de Kerk bepaalde kader traden. Epidemieën, oorlogen en hongersnoden terroriseerden de bevolking en de duivel zou dit alles veroorzaakt hebben. Naast hem zouden alleenstaande vrouwen, heidenen, seksueel bevrijde personen en vrouwen die te oud waren om zich nog voort te planten medeverantwoordelijk zijn geweest voor alle ellende die Europa overkwam. Het waren namelijk ‘dienaressen van de 666’. Er werden gigantisch veel geschriften gepubliceerd waarin de demonologie gedefinieerd werd en vrouwen de schuld kregen van al deze rampen. Zoals Le Roman de la Rose (1280), bijvoorbeeld, dat bijzonder lasterlijk was ten opzichte van vrouwen. Of de Malleus Maleficarum (1489), een belangrijk werk van de Dominicaanse inquisiteurs, die de verderfelijkheid van de zielen van de heksen rechtstreeks in hun vlees griftten.

Advertentie
7.jpg

Hans Baldung, Die Hexen, gravure, 1510, Staatliche Kunsthalle Karlsruhe

Josyne, een boerin-martelares zoals de anderen

Intussen leefde de familie Beethoven een bescheiden en min of meer vreedzaam bestaan in België. De familie van de beroemde Duitse componist is oorspronkelijk afkomstig vanuit het Mechelse. De naam Beethoven is afkomstig van het dorp Bettenhoven (Bettincourt in het Frans) in de provincie Luik. Tegen het einde van de 15e eeuw leefde er al een Jan van Bettehoven (1485-1571) in Kampenhout, niet zo ver van Mechelen. Om snel even de stamboom te schetsen: Jan was de zevende overgrootvader van Ludwig. 

Josyne van Beethoven werd in 1540 geboren als Francisca Van Vlasselaer in Kampenhout. Ze was de echtgenote van Aert van Beethoven en had vier kinderen. Het was een dappere boerenfamilie, wiens geschiedenis kan worden samengevat als één grote tegenslag. In 1595 was Josyne 55, wat in haar tijd als heel erg oud beschouwd werd. Soms deed ze dingen die argwaan wekten bij de dorpelingen. Ze beschuldigden haar ervan een pact met de duivel gesloten te hebben: bij vier afzonderlijke gelegenheden zou er een paard gestorven zijn op een plaats waar zij was langsgekomen. De geruchten bereikten de oren van de toenmalige burgemeester, Jean-Baptiste Spoelberch, die al snel van de situatie gebruik maakte om zijn punt kracht bij te zetten. Zonder enig ander bewijs dan een paar getuigenverklaringen, werd de bejaarde van Beethoven in gevangenschap gezet. Na haar arrestatie volgden nog meer getuigenissen: een paard zou bloed hebben geplast en aan koliek zijn gestorven, en een gezonde koe zou zure melk hebben gegeven. Deze beschuldigingen waren niet het resultaat van wilde fantasieën, maar van een situatie die velen probeerden uit te buiten. Als een heks veroordeeld wordt, wordt alles wat zij bezit namelijk in beslag genomen en tot publiek bezit gemaakt. Vandaar dus deze massale golf van min of meer geverifieerde of verifieerbare beweringen.

Advertentie

Wat volgde was opnieuw een reeks van vervalste getuigenissen en twijfelachtige onderzoeken. Josyne van Beethoven werd schuldig bevonden aan hekserij en overgebracht naar Brussel, waar ze in afwachting van haar proces in de gevangenis van Treurenberg belandde. Na vele, vruchteloze verhoren werd ze op 18 augustus 1595 overgebracht naar de Steenpoort, een gevangenis met een bikkelharde reputatie. In aanwezigheid van Schock en Baert, twee schepenen, werd Josyne er onophoudelijk gefolterd op de pijnbank (een houten apparaat waaraan de polsen en enkels van gevangenen met handboeien werden vastgemaakt met als doel ze uit elkaar te trekken. Anders dan bij paardenkwartieren ging het hier niet om executie, maar om een marteltechniek die werd toegepast om bekentenissen los te maken.)

Na de folteringen en onmenselijke behandeling die ze in de gevangenis moest ondergaan, was Josyne volledig uitgeput. Het gevolg was dat ze op 13 september misdaden bekende die ze niet had begaan. Op verzoek van haar beulen gaf ze ook een andere heks aan: haar buurvrouw Anna Verstande. Josyne beschuldigde haar van hekserij en duivelse praktijken. Daarop volgde was een nieuwe reeks van twijfelachtige verhoren. Ann bekende schoorvoetend dat ze door middel van vloeken vee had gedood, en andere dieren had vergiftigd om te voorkomen dat die boter zouden maken. Anna werd verbannen, terwijl burgemeester Spoelberch in z’n handen wreef. 

Advertentie

“Historici zijn het erover eens dat 70 - 80% van degenen die tijdens de verschillende grote processen in verband met heksen en tovenarij veroordeeld werden, vrouwen waren.”

Op 5 augustus 1595 werd Josyne van Beethoven "veroordeeld tot de brandstapel". Ze moest al haar bezittingen afstaan aan de staatskas en het koningshuis. Tijdens haar laatste uren werd ze achtervolgd door haar fatale lot. Josyne probeerde zelfmoord te plegen door in haar cel de scherven van een kleipot in te slikken, maar het mocht niet baten. Later die dag stierf ze op de brandstapel, ze werd verteerd door het vuur tijdens een openbare terechtstelling op de Brusselse Grote Markt.

In schaamte en schande probeerde haar echtgenoot, Aert, een deal te sluiten met het Brusselse Rekenhof. Zo wilde hij de confiscatie van haar bezittingen en de openbare verkoop van haar eigendom vermijden. De weduwnaar stelde voor om de obligaties van de overledene om te zetten in een jaarlijkse belasting ten bate van de burgemeester. De burgemeester ging akkoord en de familie van Beethoven kon de helft van hun bezit behouden. Aert moest echter alle kosten betalen in verband met de arrestatie van Josyne: het verhoor, de marteltafel én de brandstapel.

Hekserij anno 2021

Het verhaal van Josyne van Beethoven is niet onbelangrijk. De mythe van de hekserij is doordrenkt van sekseverschillen, vrouwenhaat en de "verduisteringszucht" van religie, die allen de tand des tijds hebben doorstaan. Historici zijn het erover eens dat 70 - 80% van degenen die tijdens de verschillende grote processen in verband met heksen en tovenarij veroordeeld werden, vrouwen waren. Hoewel hekserij sinds 1736 dankzij de Heksenwet niet meer strafbaar is, houden de omerta en de reeds lang bestaande negatieve representatie van heksen een maatschappelijke visie in stand die wordt gedomineerd door mannen en tegelijkertijd vrouwen veroordeelt.

13.jpg

Sadak Souici / Le Pictorium, Betoging voor het recht op abortus, 2017, MAXPPP/ Belga

De heksen van vandaag strijden voor de heksen van gisteren, voor de erkenning van deze misdaden als massamoorden op vrouwen en voor een radicaal rechtvaardigere samenleving. Jong en oud identificeren zich met het beeld van de heks dat allang verguisd is. Of het nu goochelaars, tovenaars, toverdokters of gewoon activisten zijn, ze zijn de muze van de strijd die opkomt voor magie, ecofeminisme, spiritualiteit en zusterschap. Deze strijd wordt ondersteund door auteurs als Silvia Federici in How Capitalism Turned Women Into Witches, waarin de strijd van vrouwen in de wereld vandaag wordt geïnternationaliseerd door het beeld van de heks. Of Mona Chollet in Witches: The Unconquered Power of Women, waarin de heks wordt neergezet als een positieve, emancipatieve kracht van bevrijding van alle onderdrukkingen die vrouwen ooit moest ondergaan. 

Behalve in de archieven van de Koninklijke Academie voor Oudheidkunde van België, is er amper iets terug te vinden over Josyne van Beethoven. Volgens de weinige documenten waarin haar naam vermeld wordt, was Josyne noch een medeplichtige van de duivel, noch een misdadiger. Zoals zovele anderen voor en na haar, was haar veroordeling waarschijnlijk het resultaat van menselijke vuiligheid, persoonlijke vetes en heerszucht.

De geschiedenis van de heksenvervolging in Europa en in België is tot 16 januari 2022 te zien in de tentoonstelling Witches in het Vanderborghtgebouw. De expo is een samenwerking tussen de ULB en de Stad Brussel. Je vindt er meer dan 400 werken en etnografische voorwerpen die de figuur van de heks via fantasie en popcultuur doorheen de geschiedenis bespreken.

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.